top of page

“Ik moet stoppen met stressen.”

“Ik mag me niet zo voelen.”

“Ik moet dit onder controle krijgen.”


Herken je dat soort gedachten? Veel mensen gaan de strijd aan met hun stress. Ze proberen te ontspannen, te relativeren, positief te denken, controle te houden. Maar wat als die strijd juist bijdraagt aan de uitputting?

In Acceptance and Commitment Therapy (ACT) kijken we daar op een andere manier naar. Niet het gevoel zelf is het probleem, maar hoe je ermee omgaat.


Waarom vechten tegen stress vaak averechts werkt


Stress is niet per se slecht. Het is een natuurlijke reactie van je lichaam en brein op druk of dreiging. Maar als we stress gaan wegduwen, onderdrukken of controleren, dan ontstaat er iets anders: experiëntiële vermijding.

Experiëntiele watte?!!


Experiëntiële vermijding is een gek woord om aan te geven dat mensen met mentale problemen proberen pijnlijke gedachten, gevoelens en sensaties koste wat kost te vermijden – en dat maakt ze vaak juist intensiever en chronisch. Ze proberen de gedachten, gevoelens en sensaties niet te ervaren. Niet "to experience" heet dat dan in schoon Engels.


Voorbeelden van die vermijding:

  • Jezelf overmatig afleiden (doomscrollen, binge-watchen)

  • Harder werken om controle te houden

  • Emoties wegdrukken en blijven doorgaan


Je raakt mentaal én lichamelijk uitgeput, niet alleen door de stress, maar door de strijd tegen je stress.


Wat kan je dan wél doen

1. Stoppen met vechten (makkelijker gezegd dan gedaan!)


In plaats van stress te zien als de vijand, leer je ruimte maken voor wat er is. Je hoeft je gevoelens niet goed te keuren, maar je stopt met ze proberen te fixen.

Denk aan het “duwen tegen een strandbal onder water” – hoe harder je duwt, hoe meer energie het kost.

2. Acceptatie als actieve keuze


Acceptatie is geen “je moet er je dan maar bij neerleggen”. Het is een bewuste houding van openheid. Je zegt eigenlijk: “Ik laat het er zijn, terwijl ik verder leef.”


3. Focus op wat wél werkt


ACT helpt je om te leven volgens je waarden, zelfs als stress meeloopt op de achtergrond. Je hoeft niet te wachten tot alles “goed” voelt, om betekenisvolle keuzes te maken.


Een veel gebruikte metafoor hiervoor is de metafoor van de bus

Stel je voor dat jij de bestuurder bent van een bus. Achterin zitten allemaal passagiers – gedachten, gevoelens, stressreacties. Ze roepen, klagen, proberen je te laten stoppen of van koers te veranderen.

In plaats van te proberen ze stil te krijgen of eruit te gooien, kun je oefenen met:

  • ze opmerken

  • hun aanwezigheid toelaten

  • en tóch blijven sturen richting waar jij naartoe wilt (je waarden)


Deze metafoor leert dat je je leven kunt leiden mét stress, zonder dat het de richting bepaalt. En soms is het proberen "onder controle krijgen" van je stress meer stresserend. Het kost je in elk geval een pak energie.



bottom of page